Drinkwateranalyse: criteria voor de staalafname van drinkwater
drinkwater is een bederfelijk levensmiddel. Ontoelaatbare wijzigingen kunnen zonder hulpmiddelen echter niet vastgesteld worden. Daarom is een regelmatig onderzoek van het drinkwater in vele gebouwen wettelijk verplicht: In de woningsindustrie gebeurt dat slechts om de drie jaar, in de gezondheidssector of in hotels minstens jaarlijks, meestal zelfs nog vaker. Voor betrouwbare resultaten van een drinkwateranalyse zijn vooral de bepaling van representatieve plaatsen voor de staalafname en een deskundige staalafname noodzakelijk.
Net als elke levensmiddel is ook drinkwater in principe bederfelijk. Als het te lang stilstaat, kunnen bacteriën, zoals legionella, zich zodanig vermenigvuldigen dat ze een gevaar vormen voor de gezondheid. Afhankelijk van het gebruiksdoel zijn er twee verschillende ‘houdbaarheidsdata’ voor drinkwater: als het drinkwater meteen als levensmiddel of voor de bereiding ervan wordt gebruikt, mag het niet langer dan 4 uur in de kraan en de drinkwaterinstallatie stilgestaan hebben. Als het gebruikt wordt voor andere doeleinden, zoals handenwassen of douchen, mag het maximaal 72 uur stilstaan. Die 4 uur gelden bijgevolg ook voor de controle van materiaalparameters, die in vergelijking snel in het drinkwater kunnen terechtkomen. De max. 72 uur gelden vooral voor microbiologische parameters, aangezien bacteriën wat tijd nodig hebben voor een te grote concentratie. Als de opdracht wordt gegeven om het water te onderzoeken, is het dan ook van belang om het doel van het onderzoek exact mee te delen, zodat het laboratorium de juiste recipiënten voor de staalafname meeneemt en ter plaatse de juiste staalafname uitgevoerd kan worden. Staalafname voor materialen moet bijv. als staal S-0, S-1 en S-2 na een stagnatie van 4 uur genomen worden, terwijl de parameter ‘legionella’ tijdens de reglementaire werking wordt bepaald.
Hetzelfde geldt analoog voor koud drinkwater. Dat mag in het systeem en op elk aftappunt na een afvoer van max. 3 l de bekende 25 °C niet overschrijden, eveneens gemeten na afvoer van 3 l in een volume van 250 ml (VDI 6023 blad 1). Als er aanwijzingen zijn dat deze 25 °C in het koude drinkwater overschreden worden, is ook in het zogenaamde ‘koude water’ een onderzoek naar legionella in het drinkwater verplicht (DVGW-werkblad W 551). Daarbij moet rekening gehouden worden met de minimale omvang op aftappunten voor staalafname (zie grafiek).